Detmerskazerne, Kazerneplein, Eefde


Huidige toestand

Op 31 augustus 2012 nam de laatste gebruiker, de Koninklijke Marechaussee, afscheid van de kazerne. In 2016 werd op het hoofdgebouw na alle bebouwing gesloopt, bodemonderzoek gedaan en het terrein afgeschermd met hekken en ingezaaid met gras. Met het inventariseren van mogelijkheden en wensen om de kazerne een nieuwe bestemming te geven werd niet lang gewacht. Er bestaat plaatselijk behoefte aan betaalbare woningen voor starters en ouderen die zelfstandig willen blijven wonen. In het bestemmingsplan wordt voorzien in de bouw van maximaal 80 grondgebonden woningen en het (voorlopige) behoud van het hoofdgebouw dat door de gemeente Lochem werd overgenomen van het Rijk. Voorwaarde voor behoud is dat er een rendabele exploitatie wordt gevonden.

Met de verkoop in 2021 van de eerste fase, 26 woningen groot, werd duidelijk dat het woord betaalbaar in de huidige huizenmarkt geen betekenis meer heeft. De gevraagde prijzen lagen ver boven wat voor starters in de woningmarkt reëel is. Het leidde plaatselijk tot (politieke) verontwaardiging en ook is men bang dat bewoners van buiten met meer geld de mensen uit de regio verdringen. Slechts twee van de 26 woningen werden verkocht aan bewoners van het dorp Eefde zelf.

Geschiedenis

De kazerne werd vlak voor de Tweede Wereldoorlog gebouwd voor het II Bataljon van het 18e Regiment Infanterie (II-18 RI). Onbekend is of dit hier ooit gelegerd was. Tijdens de oorlogsjaren werden er Nederlandse chauffeurs opgeleid voor het National Sozialistisch Kraftwagen Korps (NSKK), die onder meer dienst deden aan het oostfront.
Na de bevrijding werden er enige tijd Canadese militairen gelegerd. Ook werden er Nederlanders opgesloten die verdacht werden van heulen met de Duitsers. Daarna werd de kazerne gebruikt voor de opleiding van troepen die in Nederlands-Indië ingezet zouden worden. In een kort tijdsbestek werden er AAT'ers, infanteristen, tot de Intendance horende verplegingstroepen, reserve-officieren en koks opgeleid. Ook het Regiment Oranje Gelderland was er korte tijd gelegerd en een opleidingseenheid van de luchtdoelartillerie tot 1953.

Begin jaren '50 kwam 428 Infanterie Beveiligingscompagnie (428 IBC) op de kazerne, deze eenheid zou hier lange tijd blijven tot haar opheffing in 1996. In 1986 kwam er een IBC bij tot het einde van de dienstplicht, 448 Infanteriebeveiligingscompagnie. Niet alleen de tot het Regiment Van Heutsz behorende IBC's waren er gelegerd, na het vertrek van de luchtdoelartillerie namen delen van 105 Intendance- en Depotcompagnie hun intrek. Deze eenheid had onder meer schoenmakerijen, zeilmakerijen, een kleermakerij, een schrijfmachineherstelwerkplaats en goederenmagazijnen. In 1973 werd een gasmaskerwerkplaats in gebruik genomen. In 1988 werd er gereorganiseerd en werkplaatsen opgeheven. De schoenmakerij, kleermakerij en gasmaskerwerkplaats zouden nog enige tijd als dependance van 637 Intendance Centrale Werkplaats (Woerden) blijven bestaan.
Tijdens de jaren van 105 Intendance- en Depotcompagnie was ook 647 Werktroepencompagnie op de kazerne gelegerd. Deze compagnie die de bijnaam “De IJsselberen” had en tot het Provinciaal Militair Commando Gelderland behoorde, verhuisde augustus 1986 naar de Generaal-majoor Kootkazerne te Garderen.

Op 25 januari 1979 werd de wacht van de kazerne overvallen en in haar eigen cellen opgesloten. Tijdens de overval die slechts vijf minuten duurde werden vier karabijnen, een FAL en wat munitie buitgemaakt. Enkele maanden later werden de overvallers opgepakt, de hoofdverdachte was een voormalig dienstplichtige die eind jaren '60 op de kazerne had gediend.

Na het vertrek van de Intendance waren de compagnies van Van Heutz tot hun opheffing de voornaamste gebruikers van de kazerne. Met het opschorten van de dienstplicht in 1996 zou deze leeg komen te staan en kandidaat zijn voor afstoting. Zo ver kwam het toen niet. Het Opleidingscentrum Koninklijke Marechaussee (OCKMar) had in Apeldoorn te weinig ruimte en men besloot een deel van de opleiding onder te brengen in Eefde. Daartoe werden in korte tijd de legeringsgebouwen gerenoveerd. In april 1997 werd de kazerne feestelijk betrokken en zou de marechaussee ruim vijftien jaar in Eefde blijven. Toen de capaciteit in Apeldoorn weer toereikend was verliet ook deze gebruiker de kazerne.

De naamgever

Hendrik Detmers werd op 20 maart 1761 in Sprundel geboren en trad op zijn tiende verjaardag toe als cadet bij het Regiment Onderwater. In 1776 werd hij vaandrig en zes jaar later luitenant. Detmers vocht in 1794 en 1795 in Frankrijk en Brabant tegen Franse troepen. Na de Franse overwinning en het uitroepen van de Bataafse republiek vertrok Detmers naar Duitsland, hij weigerde dienst te doen onder de nieuwe republiek. Hij sloot zich aan bij andere uitgeweken Nederlandse militairen. Na een verblijf in Pruisen werden deze troepen naar Engeland verscheept waar zij een Hollandse Brigade in Engelse dienst vormden. De brigade werd in 1801 afgedankt en de officieren waaronder Detmers werden op wachtgeld gezet. Toen de Fransen eind 1813 verjaagd waren en het Koninkrijk der Nederlanden ontstond werd ook een nieuw leger opgericht. Detmers trad toe in 1814 in de rang van kolonel. Voor zijn rol in de Slag bij Waterloo in 1815 werd hij onderscheiden met de Militaire Willems Orde der derde klasse. Einde 1816 werd Detmers bevorderd tot generaal-majoor der infanterie. Hij overleed op 7 september 1825 te Den Haag.

Overig

De Detmerskazerne is een van de twaalf vlak voor de Tweede Wereldoorlog gebouwde grensbataljonkazernes, naar een ontwerp van kapitein der genie A.G.M. Boost. De opstelling van de gebouwen was een variant die nergens anders voorkwam. Ook de spiegeling van het hoofdgebouw waardoor de sportzaal (van voren gezien) rechts zit, was was afwijkend.

Voor een impressie van de sluitingsceremonie in 2012, klik hier